Deel 1 in ambulante vriendschap
‘Kelly.’ Ze keek op van haar bureau. ‘Loop je even mee?’ vroeg haar manager. Kelly stond op en liep naar het kantoor van Nick. Haar baas zat achter zijn kleine bureau dat overstroomde in het papierwerk. Er was nog wel plaats voor een computer in het midden, die maar net boven de stapels uitkwam. ‘Ga zitten’, zei hij. Kelly nam plaats in een van de plastic stoelen tegenover hem. Nick zuchtte en leunde voorover.
‘Kelly,’ Hij klonk erg serieus. ‘Ik heb een zaak voor je.’ Kelly glimlachte. Ze wist wat hij hierna ging zeggen, dit gesprek hadden ze al een paar keer eerder gevoerd. Zij was de beste van haar afdeling en daardoor werd zij altijd naar voren geroepen als er een onmogelijke zaak binnenkwam. ‘Het is een moeilijke zaak’, zei Nick. ‘Dat is geen probleem’, reageerde Kelly direct. Ze glimlachte geruststellend en zag dat Nick zich iets ontspande. Hij gaf haar een dossier, het was een flink pak papier. Kelly pakte het over en bladerde er doorheen. ‘Het schijnt al onmogelijk te zijn om contact met hem te leggen. Hij heeft zich volledig afgesloten van iedereen’ Kelly keek naar de foto of de eerste pagina van het dossier. De man die haar aankeek was halverwege de 20, hij had een symmetrisch gezicht dat bijna volledig schuil ging achter zijn lange donkere haar. “Ben Nicolas Jacobs” stond in zwarte letters naast de foto gedrukt. ‘Hoi Ben’, zei Kelly in stilte.
‘Wij zijn gecontacteerd omdat hij ontslagen is.’ Nick keek haar aan. ‘Dat is niet zo erg, toch?’ vroeg Kelly. Door het gewicht van het enorme dossier in haar handen wist ze dat er meer ging komen. ‘Ontslagen worden is niet erg’, zei Nick. ‘Maar wel als het de vijfde keer is dit jaar.’ Hij was even stil om het nieuws op Kelly in te laten werken. ‘En het is pas september’, voegde hij eraan toe. ‘Er zijn niet veel passende banen bij hem in de buurt meer over.’ Kelly keek naar haar manager. ‘Dus je wilt dat ik hem help met een nieuwe baan vinden en houden? Dat klinkt meer als job coaching’, zei ze.
‘Nou’, zei Nick. ‘Ik ben bang dat het niet zo gemakkelijk wordt. Hij heeft er al voor gezorgd dat vijf van onze collega’s in de afdeling waar zijn wijk onder valt tot waanzin zijn gedreven. Ze weten daar gewoon niet meer wat ze met hem aan moeten.’ ‘Dus hebben ze contact met ons opgenomen’, maakte Kelly zijn zin af. ‘Dus hebben ze contact met ons opgenomen’, herhaalde Nick. Kelly wist dat zij de enige was die dit soort zaken op kon lossen. De moeilijkste gevallen werden altijd aan haar afgeschoven.
Kelly had een drang om andere mensen te helpen, die verantwoordelijkheid zat ergens diep in haar genesteld en had zich volledig verweven met wie zij was. Iemand had ooit gezegd dat het waarschijnlijk ontstaan was in haar jeugd, maar Kelly had de tijd nog niet kunnen vinden om te onderzoeken waar het vandaan kwam. In plaats van aan zichzelf te werken stortte ze zich liever op de problemen van anderen, die waren altijd op te lossen.
‘Denk je dat je het aan kan?’ Zijn vraag haalde Kelly uit haar gedachten stroom. ‘Natuurlijk’, zei Kelly met een brede glimlach. ‘Neem de tijd’, zei Nick en lachte terug. ‘Je krijgt alle uren die je nodig hebt.’ Hij keek haar aan en gebaarde met zijn hoofd naar de deur. Kelly stond op en liep weer naar haar eigen bureau toe.
De twee dagen die volgden besteedde Kelly aan het doorlezen van het dossier over Ben. Ze onderzocht alle banen die hij het afgelopen jaar had gehad en belde met zijn oude werkgevers. Iedereen die ze aan de lijn kreeg vertelde haar ongeveer hetzelfde verhaal. Ben werkte lang niet zo hard als van hem verwacht werd en zag zijn baan als een noodzakelijk kwaad. Hij maakte weinig of geen contact met zijn collega’s of meerderen. Als iemand hem wilde helpen of verbeteren, wat vaak voor kwam, luisterde hij niet. Hij zat dan alleen maar naar de grond te staren en zei nu en dan “ja” zonder te merken waar hij mee instemde. Hij sprak ook nooit over zijn privé leven. Dit laatste had niets met zijn ontslag te maken, maar het viel Kelly op dat het in elk gesprek naar voren kwam.
Bij alles wat ze over Ben leerde werd haar enthousiasme over de zaak groter. Zij wilde hem helpen, want dat had hij nodig.
Die vrijdag besloot Kelly een bezoek te brengen aan Ben. In haar auto legde ze de 153 kilometer af naar zijn huis. Het was een kleine bovenwoning in een buitenwijk van de stad. Er lag afval op de trap naar boven en er was graffiti tegen de muren gespoten. Kelly liep de steile trap naar zijn voordeur op. Ze hoorde muziek door de deur heen. Het soort muziek dat zij geen muziek noemde. Zij noemde het herrie, alleen maar gitaren en schreeuwende mensen. Kelly probeerde de bel, maar die deed het niet. Ze klopte zo hard als ze kon op de deur om boven de muziek uit te komen. Er gebeurde niks.
Ze rekte zich uit om door het raampje hoog naast de deur te kunnen kijken. Het viel niet mee om met haar 1 meter 61 iets te kunnen zien door het glas. Kelly klopte weer op de deur, dit keer nog harder. Er gebeurde nog steeds niks. Kelly was vastberaden om Ben te spreken, ze had niet anderhalf uur in de auto gezeten om aan te kloppen en dan weer terug te rijden. Ze klopte weer op de deur, dit keer was het eerder slaan. Een paar seconden later hoorde ze beweging in het huis. Ze zette alvast een beleefde glimlach op. De smalle deur werd met een krachtige beweging opengetrokken.
Kelly keek omhoog naar Ben. Hij was zeker 30 centimeter groter dan zij was. Zijn lange zwarte haar hing voor zijn gezicht. Van het kleine strookje gezicht dat ze wel zag maakte ze op dat hij totaal niet blij was met haar bezoek.
‘Ben?’ Kelly deed haar best om zo warm en beleefd mogelijk te klinken. De man die voor haar stond gromde en zij vatte het op als een ja.
‘Mijn naam is Kelly Overwater van de sociale dienst. Kan ik even met je pr-.’ Ben had de deur in haar gezicht dichtgegooid. Kelly vatte dat op als een nee. Ze ademde een keer diep in en uit en klopte daarna weer op de deur. Het enige wat er gebeurde was dat het volume van de muziek omhoog gedraaid werd. Ze zou vandaag niet meer binnen kunnen komen, daar was ze zeker van. Kelly keek naar de gesloten deur en dacht na. Ze wist dat er een manier was om contact te maken met de man die hier woonde, zij moest die manier alleen nog vinden. Hij was gewend aan sociale werkers aan zijn deur en wist blijkbaar niet dat hij geholpen wilde worden. Hij had geen verzorger nodig. Misschien, dacht Kelly. Misschien heeft hij wel een vriend nodig. Iedereen heeft vrienden nodig.
Ze pakte haar telefoon uit haar broekzak en nam wat van de “muziek” op. Het was hard genoeg voor haar telefoon om een helder geluid op te nemen. Zelfs terwijl ze buiten stond.
Terug op kantoor vond ze na wat googelen dat het geluid waar Ben naar luisterde black metal was en de band die het specifieke nummer gemaakt had Belphegor heette. In haar onderzoek kwam ze erachter dat de band niet lang geleden een nieuw album uitgebracht had, daar kon ze wat mee. Over het weekend luisterde ze non stop naar de band en tegen zondag middag begon ze te begrijpen wat Ben erin zag.
Maandagochtend om 10 uur stond ze weer bij Ben voor de deur. Hij had weer muziek aan staan. Kelly wist dat het niet dezelfde band was waar zij zich bekend mee had gemaakt. Ze nam wat van de nieuwe muziek op op haar telefoon voordat ze aanklopte.
Al na de eerste keer kloppen opende de deur op een kier. Ze keek in het slaperige gezicht van Ben. Hij had zijn lange haar op een knot gedaan en het viel haar op dat hij best wel knap was. Hij had een scherpe kaaklijn en zijn blauwe ogen doorboorde Kelly zodra hij haar gezicht herkende. Kelly glimlachte naar hem. Ben zuchtte en maakte aanstalten om de deur weer te sluiten.
‘Heb je het nieuwe album al gehoord?’ vroeg ze en ze had direct zijn aandacht. Hij keek haar vragend aan. ‘Het Belphegor album’, zei ze. Ben keek haar even verward aan, maar daarna deed hij de deur open en liep terug zijn huis in. Kelly lachte, ze was binnen.
Dit is deel 1
Trackbacks and Pingbacks